Teleurstellingen

naar beneden

Een blessure, een lekke band terwijl je superdag hebt; elke sporter krijgt te maken met tegenslag. Hoe gaan sporters daarmee om? En hoe kan je als trainer de sporters ondersteunen in het omgaan met tegenslagen?

Ten eerste is het van belang om niet mee te gaan in de negatieve gevoelens die loskomen. Dit zorgt er alleen maar voor dat de sporter er nog meer mee blijft zitten en in de volgende wedstrijden op een negatieve manier gefocust is op waar het de vorige keer misging.

Teleurstellingen beginnen ook vaak met de verwachtingen van de atleet. Ze streven vaak naar perfectie of verwachten om constant te winnen. Deze manier van denken leidt al snel tot teleurstellingen, want geen enkele atleet presteert altijd perfect. Toch zijn onrealistische verwachtingen vaak maar de helft van het verhaal. Na een teleurstellende wedstrijd of resultaat zijn het vaak de sporters zelf die het zichzelf het het lastigst maken. Ze worden boos op zichzelf of verliezen vertrouwen in zichzelf.

Help de atleten dus ten eerste door hun verwachtingen realistisch te houden. Daarnaast help je ze door ze aan te leren hoe ze op een realistische manier kunnen kijken naar hun eigen prestaties op het moment dat ze aan hun eigen kunnen beginnen te twijfelen. 

Probeer de verwachtingen van de atleet te veranderen en ze te vervangen door simpele kleine doelen of objectieven die opbouwend werken voor de atleet.

Als coach of trainer is het makkelijk om je te focussen op het gedrag van de atleet (zoals woede of verdriet bij teleurstelling) en niet op de achterliggende denkbeelden die ten grondslag liggen aan dit gedrag. Als sporters dit gedrag vertonen, is dit ook een teken dat ze blijven hangen in het verleden. Richt de blik van de sporters op de volgende kans.

Vaak is teleurstelling een gevolg van hoe de sporters over hun prestatie denken in plaats van daadwerkelijke teleurstelling over gemaakte fouten of de geleverde prestatie.